U bent hier

Belgische nederzetting in Ilhota (SC)

De oudste berichten over de nederzetting Ilhota - letterlijk eilandje - in de deelstaat Santa Catharina, Brazilië, dateren van 31 maart 1842. Toen begonnen twee Belgen, de ingenieur en onderzoeker Charles Maximiliano Luiz Van Lede en Joseph Philippe Fontaine, een vertegenwoordiger van een Vlaams bedrijf in Rio de Janeiro, en de Franse geoloog Guilherme Bouliech, met als gids de politieagent José Alves de Almeida, een verkenningstocht van de Itajaí rivieren Açu en Itajaí Mirim.

In deze periodo, einde eerste, begin tweede helft van de negentiende eeuw, beleefde Europa een grote economische crisis als gevolg van de industriële revolutie. Deze leidde tot o.a. massale werkloosheid, honger en verarming van de plattelandsbevolking. Brazilië daarentegen, met iets meer dan 20 jaar onafhankelijkheid, stond bekend vanwege zijn overvloed aan vruchtbare gronden en rijkdom aan ertsen, voornamelijk kolen, ijzer en goud. Door het verbod op de invoer van slaven in 1845 en de groeiende beweging voor de afschaffing van de slavernij begonnen de Braziliaanse grootgrondbezitters arbeidskrachten uit Europa te importeren. De koffieboerderijen uit Sao Paulo en andere staten, vooral in het zuidoosten van het land, trokken massaal Europeanen aan. De Braziliaanse regering had op haar beurt belang bij het bevolken van het zuiden van het land dat onderwerp was van territoriale geschillen, zoals in 1825, toen Uruguay een onafhankelijke natie werd. Daarom werden ook Europese migranten aangetrokken in ruil voor de droom om te boeren op een eigen stuk grond.

Aanmoedigingen

Na de goedkeuring van een verdedigings- en bezettingsbeleid tegen de invasie van de kust en het zuiden van Brazilië, begon de Braziliaanse regering de stichting van "kolonies" aan te moedigen. Verschillende regio's van de staat Santa Catarina ontvingen migranten: São Pedro de Alcântara, de vallei van de rivieren Tijucas en Itajaí, alsook de oevers van de rivier Itajaí-Mirim. Het Zuiden van Brazilië was een gegeerde regio voor bedrijven gespecialiseerd in koloniale nederzettingen, er was onontgonnen land in overvloed, het klimaat was vergelijkbaar met het Europese en er was de mogelijkheid om andere gewassen te ontwikkelen ter vervanging van suikerriet dat economisch in Brazilië in verval was.

In de regio die later gekolonialiseerd zou worden door de Belgen, lag een klein kuststadje, Itajahí, met iets meer dan 1.100 inwoners, gesticht rond 1820. Het land er rond was bijna allemaal eigendom van kolonel Agostinho Alves Ramos. Naast de lokale bewoners verbleven er ook veel indianen. Deze hadden geen vaste woonplaats. Toen de immigranten er zich kwamen vestigen, werden ze naar het binnenland verdreven.

Een Belg in "terras tipiniquins"

Het centrale personage van de Belgische kolonisatie in Santa Catarina is Charles Maximilien Louis van Lede (Brugge, 20/05/1801 - Brussel, 19/07/1875). Hij is erg omstreden en wordt door sommigen een schurk genoemd en door anderen als held gevierd. Historici en onderzoekers zijn nog steeds op zoek naar het juiste antwoord.

Waar iedereen het over eens is, is dat Van Lede een ondernemer was met een avontuurlijke instelling. "Elke man is de zoon van zijn tijd", zegt historica Elaine Cristina de Souza. Ze beklemtoont het belang van Van Lede voor de ontwikkeling van de vallei. "Hij (Van Lede) was het die de deuren naar kolonisatie opende en de vallei in kaart bracht. Dr. Blumenau zou pas acht jaar later naar de regio komen." Van Lede, geboren in 1801 in Brugge, studeerde in Parijs en diende als huursoldaat in Spanje gedurende de rebellie tegen de absolute tirannie van koning Ferdinand VII. In 1830, met de onafhankelijkheid van België, keerde hij terug naar zijn geboorteland waar hij aangeworven werd als technisch ambtenaar. Deel uitmakend van een militaire missie naar Mexico, reisde Van Lede door het Amerikaanse continent op zoek naar delfstoffen. Hij verbleef in Argentinië en later in Chili, waar hij voor de regering werkte als ingenieur voor de bouw van bruggen, wegen en havens.

In 1842, al in dienst van de Societé Commercial de Bruges en directeur van de Compaigne belge-brésilienne de Colonisation, zette Van Lede voet aan wal in Brazilië. Zijn missie bestond erin om de bodem en de bossen van Santa Catarina te evalueren voor de exploitatie van ijzer, steenkool en andere mineralen. De Belg was de eerste die een wetenschappelijke reis maakte op het bevaarbare deel van de rivieren Itajaí-Açu. Tijdens deze reis ontstond zijn plan voor een groot nederzettingsproject.

Van Lede Mapa Rio Itajahi-Mirim

"Mappa chorographica da provincia de Stª. Catarina, parte da Pa. de São Paulo e da Pa. de Rio Grande do Sul e parte da república do Paraguay", autor: Lede, Charles van (Charles Maximilien Louis van), 1801-1875 - Bron: http://objdigital.bn.br/objdigital2/acervo_digital/div_cartografia/cart5...

Van Lede arriveerde in november 1844 met een eerste groep Belgische migranten. Hij verbleef kort in Brazilië en keerde in mei 1845 terug naar België. De nederzetting liet hij achter onder de leiding van Joseph Philipp Fontaine. Van Lede kwam nooit meer terug. In België werd hij benoemd tot lid van de Vlaamse Provinciaalse Raad in 1848. Hij overleed in 1875 en schonk per testament zijn Braziliaanse bezittingen aan het Hospitaal van Brugge.

Conflicten kenmerkten de start van de nederzetting

Na een expeditie tussen de rivieren Itajaí-mirim en Itajaí-açu, koos Van Lede ervoor om een kolonie te stichten in de regio van Ilhota "een eilandje in de rivier". De grond was geschikt voor landbouwdoeleinden en er was de mogelijkheid om delfstoffen te exploiteren. Daarom vroeg hij op 12 april 1842 officiële toestemming van het bestuur van de provincie Santa Catarina om een stuk grond - een vierkant van maar liefst 80 op 80 km - in concessie te krijgen. Enkele maanden later, op 10 augustus 1842, ontving hij in de toenmalige hoofdstad Rio de Janeiro een officieel ondertekend contract voor de oprichting van een kolonie. Maar dan gaat het fout. Hij ontving een negatieve advies van De Jaeger, Belgisch zaakgelastigde in Rio van Janeiro. En op 6 juli 1844, na aanpassingen aan zijn oorspronkelijk project, weigerde de provincie Santa Catarina om de grond in concessie te geven. Daarom besloot Van Lede om een stuk grond van 2.150 hectaren aan te kopen van Priester Rodrigues, op de plaats die Prainha heet. Enkele maanden later, op 21 november 1844 verwierven ze een oppervlakte van 1.200 ha. van Dona Rita Luisa Aranha en op 2 januari 1845 kochten ze 6.250 ha. land van luitenant-kolonel Henrique Flores. Deze aankopen waren noodzakelijk want het eerste schip met Belgische emigranten was al op weg naar Brazilië.

Op 24 augustus 1844 vertrokken uit de haven van Oostende met het schip Jan Van Eyck, tussen de 109 en 114 Belgische emigranten. Ze waren ingescheept in Brugge. Over het exacte aantal migranten bestaat twijfel. Verschillende bronnen spreken elkaar tegen. Standaerd van Vlaenderen 18440827

Volgens de krant "Standaerd van Vlaenderen" van 27/8/1844, waren ze met 111.

l’ Indépendance Belge 18440826Maar de kranten "l’Indépendance Belge" van 26.8.1844 en "Le Messager De Gand" van 27.8.1844 melden dat het 114 colons zijn.

Het merendeel kwam uit West-Vlaanderen, maar er waren ook emigranten uit Oost-Vlaanderen, Antwerpen, Brabant en uit Wallonië, met uitzondering van 4 die in Duitsland geboren waren.

Ze hadden een contract afgesloten om de gronden te bewerken van van Van Lede in Ilhota tegen de betaling van 3 frank per werkdag.

Maar voor de aankomst van de groep in Ilhota waren er al problemen.

Chegada Van Eyck no RJ 18441031De krant "Diário do Rio de Janeiro" van 2.11.1844, meldt dat op 31 oktober 1844 in de haven van Rio de Janeiro 109 kolonisten toekwamen. Enkele overleden tijdens de overtocht. Daar stond Charles van Lede hen op te wachten.
 

Carlos Ficker Enkele Belgen verlieten de groep bij aankomst in Rio de Janeiro. En kort daarna, bij aankomst in de haven van Desterro (het huidige Florinópolis, hoofdstad van de staat Santa Catarina), droeg een conflict tussen Van Lede en Gentenaar Louis Christiaens ertoe dat nogmaals 16 migranten de groep verlieten. Louis Christiaens ging er niet mee akkoord om gronden te bewerken die niet zijn eigendom zouden worden. Deze afvalligen vestigden zich te São José.

Op 24 november 1844 arriveerden de eerste 90 Belgische kolonisten op een klein eiland in de rivier Itajaí - Açu. De pas aangekomenen hakten een aantal bomen om en construeerden hiermee de eerste 16 houten huizen. Het eilandje verdween na de overstromingen in 1880 en 1911.

ACHTERNAMEN VAN DE BELGISCHE IMMIGRANTEN

1845 en 1846

Fontaine, Denis Isler, Plettincks, Crabeels, Deprez, Van der Gucht, Walthez, Hollenvoert, De Vreker, Van Heicke, Christiaens, Veighe, de Waele, de Smedt, Beyts, Milcamps, Maebe, Van der Heyde, Plancke, Degand, Maes, de Sanders, Himpens, Devreker, Castelein, Van der Busche, Buelens, Heytens, Lebon, Brackeveld, Wismer, Gevaert, Van der Vrecken, Vilain, de Smet, Lecluyse, Mussche, Coucke, Busso, Verlinden, Devleeschower, De Rycke. Van Hamme, De Ny's, de Gandt, Gillis, de Neve, Van Rie, Claeys, Opstaele, Ego, Schloppal, Sijs, Vanysere, Meuwens, Loens, Gregoire, Kamer, Van Daele, Hostyn, Van Steenhuyze, De Coninck, Houttekees, Neirinck, Lievens, Speckaert, Ranwez, De Vreese, Paul, Praet

Bron: http://coloniabelga.blogspot.com.br/

In februari 1845 reisde Van Lede naar Rio de Janeiro en in mei van hetzelfde jaar scheepte hij in voor België. Hij liet het bestuur van de kolonie achter in de handen van Philippe Fontaine. De officiële erkenning van de Belgische kolonie geschiedde op 28 juli 1845 met de ondertekening van het project door de Braziliaanse Kamer van Afgevaardigden. Rechten om aan mijnbouw te doen werden echter niet toegekend. Het betrof een loutere landbouwexploitatie. Wellicht is dit de reden dat Charles Van Lede niet langer geïnteresseerd was in Ilhota en nooit meer terugkeerde. Op het moment van de erkenning echter waren de relaties tussen bestuurders en emigranten vertroebeld en de onrust zou enkel toenemen.

Intussen had de Gentenaar Pierre Van Loo op 30 mei 1846 een kapitaal van 10.000 frank bijeengebracht waarmee hij landbouwwerkkrachten contracteerde en inscheepte op de boot "l'Adèle" die vertrok op 30 mei 1846 vanuit de haven van Antwerpen richting Brazilië. Ze vestigden zich nabij de Belgische nederzetting in Ilhota.

NAMEN VAN BELGISCHE IMMIGRANTEN - Schip Adèle - 30.05.1846

Gregoire Florimond, Kamer Anne en Jean, Van Daele Charles Louis en Ivo, Hostyn Felix en Luis, Praet François, Houttekees Charles, Neirinck Pierre, Ranwez Engilbert D., De Vreese Marie Christine, De Coninck Leo, echtgenote en 3 kinderen, en Paul Frederic.
Bron: http://coloniabelga.blogspot.com.br/2011/10/lista-de-passageiros-do-navio-belga.html.

Het dagelijkse leven van de Belgen werd gekenmerkt door hard werk, aanpassingsmoeilijkheden en conflicten. Ze leerden vissen, jagen, bomen te kappen, aardappelen, bonen, suikerriet en mandiok te planten, huizen te bouwen alsook molens waarmee ze maniokmeel maalden en suiker produceerden. Door gebrekkige terreinkennis waren ze onwetend over de regelmatige overstromingen van de rivier Itajaí waardoor verschillende oogsten verwoest werden. Maar ze eisten ook hun rechten op. Volgens historicas Ana Luiz Mette en Elaine Cristina de Souza, in het boek Ilhota - Encanto dos Belgas no Vale do Grande Rio waren er geschillen over de vergoeding van de gepresteerde arbeid - Braziliaanse werkkrachten ontvingen een hogere vergoeding - en over de schaarste aan levensmiddelen. Er waren geregelde opstanden in de kolonie waardoor de Belgen bekend stonden als vechters en schurken. Verschillende migranten besloten daarom te vertrekken, ofwel naar een andere regio in Brazilië ofwel terug naar België. Gonçalves, de kleinzoon van een Belgische vrouw, beschrijft de levensomstandigheden van immigranten: "Als leven in Europa moeilijk was vanwege de verschillende conflicten en de armoede waarmee Europese gezinnen te maken hadden, was het leven in het Braziliaanse binnenland allesbehalve gemakkelijk in de eerste decennia van kolonisatie, gezien de klimatologische omstandigheden, de wilde dieren en de vele slangen. "

In deze eerder vijandelijke omgeving, besloot ook Fontaine terug te keren naar België. Maar voor zijn vertrek vernietigde hij verschillende documenten en eiste dat de kolonisten een contract ondertekenden waarin ze verklaarden dat ze land en werktuigen hadden ontvangen. De directie werd overgedragen aan Gustave Lebon die het echter ook snel opgaf. In die tijd leefden er nog slechts 63 personen in de nederzetting. De Belgische ambassade weigerde ter hulp te komen.

Ilhota planta da colonia belga

NAMEN VAN BELGISCHE MIGRANTEN - juli en september 1847

Familie Ange Gevaert (lot D 6), Leon van der Gucht (Gacht?) (3 kinderen- lot D 7), Ignace (Ignaz) de Sanders (5 kinderen - lot D 12), Leonard de Gande (3 kinderen - lot 8), François de Smet (Smit?) (lot D 9), Gregorio Himpens (Himpers?) (2 kinderen - lot D 10), Charles Casteleyn (Castelleyn?) (2 kinderen - lot D 11), Charles Van Dale (lote D 5), J. B. Villain, F. Planke en De Conninck.

Ongehuwden: Eugene Maes, Leonard Maes, Emmeric Grabeels, Engelbert Gevaert, Jean Van Heycke, Michael Conicke, Louis Busche, Louis Marbe, Charles Opstale, Gustave Lebon, J. B. Bulens, Ivo (J. ?) Van Dale, Speckart, E. Ranwez, Jean Verdueren (Verdarm?) (lote D 4), Louis Ostyn en Pierre Nerrinck.

Lot C, ingenomen door Pierre Van Loo en zijn kolonisten Leo De Coninck en familie (lot 3 bis)

Lot B, Gustave Lebon als vertegenwoordiger van Hypolite Van Heyden.

Lot A, Gustave (en Auguste?) Lebon

Bron: Carlos Ficker, p. 27-28 (totaal 63 personen in september) en p. 37

Het leven in de kolonie bloeide alleen dankzij het harde labeur van de immigranten. In 1874 verstoorde een nieuw feit de rust van de inwoners. De erfgenaam van Van Lede - de "Commissie van Burgerlijke Godshuizen" van Brugge - beweerde eigenaar te zijn van het land. De Belgische Consul in Desterro, Henry Schutel, was ook betrokken bij het conflict door gebruik te maken van een volmacht van Van Lede om over de verkoop van enkele terreinen te onderhandelen. Toen de Belgische landmeter Van Dale in 1889 begon met het opmeten van het land, verdreven meer dan 80 inwoners van Ilhota en de omliggende gebieden hem gewapender hand en vernielden zijn instrumenten. Uiteindelijk sprak het Belgische ministerie zich uit ten voordele van de kolonisten en werd de zaak gesloten.

Wat bleef over van de Belgische kolonie in Ilhota? 

Ilhota Familia belga Maes - De Coninck

Foto van de Belgische familie Felício Ricardo Maes en Otilia De Coninck (zittend) en hun afstammelingen
Felício was zoon van Ricardo Eugênio Maes (geboren in België en als kind meegereisd met zijn vader Eugen Maes) en Eugênia Brackeveld Maes.
Otilia was dochter van Constant De Coninck (geboren in België en als kind meegereisd met zijn vader Leo De Coninck) en Maria Machado Coninck.

Bron: http://coloniabelga.blogspot.com.br

Erg weinig schrijft Patrick Maselis. "Philippe Fontaine verbrandde in 1847 de gehele koloniale correspondentie en alle documenten. Vervolgens werd het gebied verschillende keren getroffen door overstromingen, onder andere in 1911. De kerk, gebouwd in 1845 door Van Lede, bleef toen gespaard. Maar ze overleefde de volgende overstroming van 1925 niet en werd volledig vernietigd. Er zijn weinig zichtbare sporen. In dit deel van Brazilië behoren de Belgen tot het verleden maar zijn niet vergeten. De avonturen van Charles Van Lede en de Belgisch-Braziliaanse Maatschappij voor Kolonisatie zijn nog steeds bekend. De openingszin van de reclamefolder van het stadje Ilhota verwijst naar de Belgische roots. Sommige straatnamen hebben Belgische namen en het was zelfs de bedoeling om een Belgisch museum op te richten. Ook hier zijn de afstammelingen van de Belgische kolonisten de belangrijkste overblijfselen! Met gepaste trots gebruiken ze hun typisch Belgische achternamen, zoals Maes, De Gand of Castellain. Op deze manier blijft het een moeilijk te wissen erfenis van het Belgisch-Braziliaanse avontuur van de XIXe eeuw, dat automatisch overgedragen wordt van generatie op generatie."

Ilhota Brasão com menção belgaDit stelde ik ook vast, toen ik in 2014 Ilhota voor de eerste maal bezocht. Ik vond er de straatnamen Rua Isidóro Maes, Avenida Ricardo Paulino Maes en Rua Pedro Castellain, alle in het stadscentrum. En in 2010 werd door het stadsbestuur de culturele ruimte Edith Maes, ingewijd, een bijgebouw van het stadhuis. Edith was de eerste Belgische afstammelinge die de stamboom van haar familie opstelde. Het document bevindt zich in het cultureel centrum. Als dochter van Catharina Bittencourt Maes en Carlos Leandro Maes, werd Edith Maes in 1930 geboren. Ze werkte als onderwijzeres in Ilhota.

De kleuren van de Belgische vlag werden opgenomen in het blazoen van de stad dat ook het jaar van de eerste nederzetting 1845 vermeldt en het jaar van de onafhankelijkheid van de gemeente van het nabijgelegen Itajaí. Af en toe wordt de "Expo Belga" georganiseerd. De derde editie had plaats van 17 tot en met 21 november 2011. Ze wil de cultuur, gastronomie en tradities van België in ere houden.

ExpoBelga Ilhota 2012

Daarnaast zijn verschillende Belgische afstammelingen actief in het onderzoek naar de geschiedenis van de nederzetting en hun naamgenoten in België. Professor Paulo Rogério Maes, rechtstreekse afstammeling van Eugen Maes en Leo De Coninck onderhield een blog over de colonização belga no sul do Brasil waar hij geregeld foto's van de families Maes en Castelein publiceerde. Hij is ook auteur van het boek "A colonização flamenga em Santa Catarina - Ilhota". Daarnaast bestaat de https://brockveld.wordpress.com waar de oorsprong van de familie Brockveld / Brackeveld in kaart gebracht wordt en een uitgebreide stamboom kan gedownload worden.

En in 2019 werd de vereninging "Ilha Belga" opgericht. Ze organiseerde al enkele dinners met o.a. Belgisch stoofvlees en friet die zeer druk bijgewoond worden, schilderde de electriciteitspalen van de Rua Brockveld in de Belgische kleuren, organseerde fietstochten en andere activiteiten. Aandacht voor de lokale geschiedenis en herkomst van de inwoners, waaronder het opstellen van stambomen, staat hoog op de agenda, naast de organisatie van Belgische weken. Je kan hun activiteiten volgen op Facebook. 

Tekst: Marc Storms

Gebaserd op

Namen van Belgische emigranten naar Santa Catarina

Beyts François, Klemskere

Blockveld

Bosmans

Brabander

Brackeveld Pierre, St-Pieters-Kapelle

Buelens Jean-Baptiste, Mechelen

Busso Romain, Mechelen

Castelein Charles, Leke

Christiaens Louis, Oostende

Claeys Bruno, Bassevelde

Coucke Michel, Oostende

Crabeels Emmeric, Aarsele

Declerq

Denis, Jean-Nicolas, Brugge

De Coninck Leo, esposa e 03 filhos, St-Baafs-Vijve

De Courtray

De Gand Léonard, Koolskamp

de Gandt Charles, Gent

de Gandt Emile, Gent

De Laarne,

De Mol,

de Neve Ange, Bassevelde

Denis Isler,

Denys Benoit, Bassevelde

Deprez Philippe, Eernegem

Deprez Pierre, Ichtegem

De Rycke Gerard, Gent

de Sanders,

de Smedt François, Aarsele

de Smet Edouard, Assenede

Devleeschower Charles, Assenede

Devreck Reine, Brugge

De Vreese Marie Christine, Sint-Joris

Devreker Henri, Moere

de Waele Charles, Haringe

Ego Honoré, Bassevelde

Flipps

Fontaine Philippe, Brugge

Gevaert Ange, Leke

Gillis Ange, Bassevelde

Grégoire Florimond, Brussel

Hanquet,

Heytens Pierre, Dentergem

Himpens Grégoire, Aarsele

Hollenvoet François, Roksem

Hostyn Felix e Luis, Wingen

Houttekees Charles, Wingene

Kamer Anne, François e Jean, Heestert

Lebon Auguste, Mechelen

Lebon Gustave, Mechelen

Lecluyse Bernard, Assenede

Lievens Charles, Ruislede

Loens Joseph, Westkerke

Maebe Louis, Vinkt

Maes Eugène, Aarsele

Maes Léonard, Aarsele

Meeuwens François, Mechelen

Milcamps E. François, Mechelen

Milcamps Maxime, Mechelen

Mussche Judoc, Oostakker

Beirinck Jean-Baptiste, Oedelem

Neirinck Pierre, Oedelem

Opstaele Charles, Leffinge

Paul Frederic, Quevaucamp

Plancke Henri, Ichtegem

Plettincks Pierre, Tielt

Praet François, Kanegem

Ranwez Engelbert, Nalinnes

Sanders Ignace, Vladslo

Schloppal Charles, Keulen

Speckaert François, Sint-Joris

Sys Pierre, Brugge

Telghuis H., Antwerpen

Van Daele Charles Louis e Ivo, Ruislede

Vandenbusche Louis, Lichtervelde

Vandergucht Léonard, Kanegem

Van der Heyde Hypolite, Oostende

Van der Vrecken Jean, Mechelen

Vandevelde

Van Hamme Jean-Bernard, Bassevelde

Van Heicke Jean, Meulebeke

Van Loo Pierre

Van Rie Bernard, Bassevelde

Van Steenhuyze Pierre, Tielt

Van Verren

Vanysere Clément, oostkamp

Velghe Pierre, Aarsele

Verdueren Jean

Verlinden Martin, Mechelen

Vilain Jean Baptiste, Dour

Walthez François, Eernegem

Windey

Wismer Henri, Gralfath

 

Fonte: Dos Açores ao Zaire: Todas as colônias belgas nos seis continentes (1451 - 1916) por Patrick Maselis, p. 123. 

Nederlands